De Veer is een onderscheiding van Buma Cultuur als blijk van waardering voor iemand uit de muziekindustrie die zich voor een langere periode verdienstelijk heeft ingezet voor het Nederlandse repertoire. Daarvoor hoeft die persoon niet per se werkzaam te zijn in het scheppende deel van de branche. 

Om maar meteen met de deur in huis te vallen; de wereld had er voor muzikanten een stuk minder florissant uitgezien als zij zich de afgelopen jaren niet voor deze beroepsgroep had ingezet.

Maar dat deed ze dus wel. Vooral omdat ze simpelweg niet tegen onrecht kan. En omdat ze vindt dat de individuele muzikant steun verdient. Steun in de strijd voor een eerlijkere rechtspositie, een fatsoenlijke honorering voor optredens, financiële ondersteuning bij de creatie van nieuwe muziekwerken en de uitvoering daarvan, en – last but not least – erkenning voor het belang en waarde van het creatieve werk van componisten en musici.” aldus het juryrapport.

“Als vakbondsvrouw heeft zij altijd de positie van de maker centraal gesteld”, zegt Alexander Beets (Fontys Rockacademie, Raad van Toezicht Buma/Stemra). “Ze heeft talloze initiatieven ontplooid waardoor muzikanten een volgende stap in hun carrière kunnen zetten. Zoals onder meer het Sena Muziekproductiefonds en de Upstream: Music-regeling. Ze stond ook aan de basis van het Nationaal Podiumplan en het Nationaal Jeugd Jazz Orkest (NJJO).
Haar grote verdienste is dat haar uitgangspunt altijd de gagenorm is geweest. Elk initiatief waarbij iedereen gefinancierd werd behalve de maker, daar ging ze voor liggen. Norma, Sena en Buma hanteren allemaal die gagenorm.
Ze verdient die Veer, omdat het haar ook steeds gelukt is om constructief samen te werken met partijen met een fundamenteel ander gedachtegoed. Allemaal ten behoeve van het grotere geheel. Al die initiatieven die de sector – van jazz en pop tot klassiek en wereldmuziek – ondersteunen, hebben de infrastructuur een enorme boost gegeven. Al haar functies waren onbezoldigd, ik denk dat dat haar typeert. Duizenden makers hebben daar profijt van gehad.
Mooi dat de Veer naar iemand gaat die juist die makers centraal stelt. Een dappere keuze om eens verder te kijken dan de Nederlandse industriële incrowd.”

Will Maas (Ntb / VCTN) sluit zich bij die woorden aan: “Ze is al zó lang bezig. Zij heeft zich het vuur uit de sloffen gelopen en de deur platgelopen bij het FPK, bij producenten, ceo’s, ambtenaren, ministeries, etc. Ze heeft zóveel voor de maker betekend.
Ze doet álles voor de jazz en voor de popmuziek. Hoeveel artiesten al gesteund zijn door het Sena Muziekproductiefonds, in het kunnen maken en uitbrengen van eigen muziek… Daarom verdient zij die Veer.
Ze heeft een groot gevoel voor rechtvaardigheid en geeft nooit op, blijft in contact met mensen die iets zouden kunnen doen voor de makers. Mensen die ze wil overtuigen van de noodzaak om makers eerlijk te betalen.
Ze is ook altijd zeer geïnteresseerd in de producten en concerten van artiesten. Mij raadde ze aan om te gaan kijken naar het NJJO. ‘Dat heeft zó’n mooi programma’, zei ze. Dat enthousiasme vind ik gaaf. Ik ben wezen kijken en inderdaad: het was érg goed.”

Ben van den Dungen (bestuurslid Bimpro) roemt haar betekenis voor de jazzmuziek. “Daar heeft zij zich als strijdvaardige vakbondsvrouw ruim dertig jaar voor ingezet.
Begin jaren ‘90 lag het budget van OC&W bij de Stichting Jazz In Nederland, de SJIN. Er was een richtingenstrijd gaande, lees: een ordinaire ruzie om geld. Anita begon zich te roeren. Fondsen en mensen met veel geld bepaalden in die begintijd: deze muziek wel en die niet. Dat zorgde voor polarisatie. Anita speelde daarin, als een soort humble hero, een verbindende rol.
Zij is altijd een voorvechter geweest voor de jazz en geïmproviseerde muziek. Daarnaast is zij debet aan talloze, nog steeds gangbare regelingen. Ze zit niet vast aan dogmatisch denken, is creatief en sociaal ingesteld, en speelde een grote rol in projecten als het Laureatenfestival en de Dutch Music Export. Een spin in het web, die er voor iedereen staat. Niet alleen voor de industrie en de politiek. Dat maakt haar heel bijzonder. Ze verdient die prijs!”

Arriën Molema, (BAM! Popauteurs) prijst haar bevlogen inzet. “Ze is een voortrekker in het genereren van meer aandacht voor popmuziek en popmuziekbeleid. Ze heeft enorm veel gedaan, zeker voor de makers. De vooral door haar ontwikkelde Sena-gagenorm heeft een enorme impact op wat wij doen.
Samen met de producenten heeft ze binnen Sena de Upstream-regeling op gang gekregen, specifiek om artiesten in hun mid-carreer verder op gang te helpen. Voor die groep bestond nog weinig. Ze is ook actief aan de ketentafels.
Je ziet dat alles bij haar uit een enorme gedrevenheid komt. Ik heb het zelf nooit meegemaakt, maar ze kan ook goed boos worden. Dat is nodig af en toe, het gaat wel over het leven en de passie van mensen. Dat vind ik mooi om te zien.”