“Uitgerekend in de week dat de film ‘Sorry We Missed You’ in première ging, werd de Nationale Opera en Ballet gedaagd wegens het onderbetalen van hun freelancezangers”, schrijven Floor Margarita Cornelisse en Willen Jaap Zwart in een ingezonden stuk, vandaag in Trouw.

Samen met tientallen alumni van het programma Leiderschap in Cultuur reageren zij daarmee op de rechtszaak die de Kunstenbond is gestart tegen de Nationale Opera en Ballet wegens schijnzelfstandigheid en onderwaardering van de freelance koorzangers.

Uitgerekend in de week dat “Sorry We Missed You” in première ging – de alom gelauwerde film van Ken Loach (I Daniël Blake) over uitbuiting van ZZP-ers – werd de Nationale Opera en Ballet voor de rechter gedaagd wegens het onderbetalen van hun freelancer-zangers.

Wij, allen alumni van het programma Leiderschap in Cultuur, vinden het onverteerbaar dat in onze sector op grote schaal de makers worden onderbetaald. ‘Hoge kunsten – lage lonen’ is een tegenstelling die niet strookt met een sector die claimt aandacht te schenken aan schoonheid, creativiteit en diepgang. De kreet “Niet bij brood alleen”  ordt wel erg letterlijk genomen als hoogopgeleide freelancers met een uniek vakmanschap voor een bruto uurloon van iets meer dan € 25 moeten komen opdraven, waarbij ook nog eens lang niet alle gewerkte uren betaald worden.

Hoeveel talentvolle makers moeten we nog verliezen aan andere sectoren omdat ze de ondermaatse waardering niet kunnen rijmen met de kwaliteit van hun product?  Mensen kiezen op den duur eieren voor hun geld, wanneer kinderen moeten gevoed of hypotheken betaald. De sector holt zichzelf uit als we niet beter voor ons talent zorgdragen.

Wij ondersteunen de kunstenbond met kracht in zijn gang naar de rechter. De freelancers van de Nationale Opera en Ballet zijn hoogopgeleide mensen met een uniek talent die een beloning verdienen die daarmee in overeenstemming is. Veel te vaak wordt er in onze sector uitgegaan van een intrinsieke motivatie van de uitvoerende, waardoor er een ‘race-to-the-bottom’ ontstaat, waarop de term “uitbuiting” onomstotelijk van toepassing is. Het is onvoorstelbaar dat de Nationale Opera en Ballet en andere topinstituten op deze manier in de markt opereren. Juist deze instellingen hebben een voorbeeldfunctie. De keuze om freelancers onder te betalen is onbegrijpelijk en een smet op het blazoen van het instituut Nationale Opera en Ballet. Wij vertrouwen er op dat de Raad voor Cultuur bij de beoordeling van de volgende BIS-aanvragen strikt zal toezien op het hanteren van de Fair Practice Code.

Vanzelfsprekend heeft het correct belonen van ZZP-ers consequenties voor het aantal en/of de soort producties die uitgevoerd kunnen worden of voor de prijs die de bezoeker moet betalen. Het zou de NO&B sieren om juist dat zichtbaar te maken. Wij vinden het een vast gegeven dat de uitvoerenden als eersten een passende beloning krijgen: zij maken het primaire product van deze instelling.

Bij gegeven budgetten is het de taak van de directie van de instelling om, in goed Nederlands, de tering naar de nering te zetten.

Anna Tiedink
Anne Houwing, CineCrowd / Art-uP
Arnoud van Aalst, Museum Strategies
Birte ten Hoopen, Hi There Productions
Diederik Hoekstra
Femke Haijtema
Floor Cornelisse, Cultureel leider – ZZP
Fokka Deelen, Powerboat
Gemma Boon, Museum No Hero
Ineke Lindner
Iselien Nabben
Johan Gijsen, Le Guess Who
Jon Heemsbergen, Art-up / zelfstandig adviseur
Koen Brakenhoff
Laura Grijns
Lene ter Haar
Lodewijk Reijs, ISH Dance Collective
Lonny van Ryswyck, Beeldend Kunstenaar
Maike Fleuren
Maritska Witte
Melody Deldjou Fard
Mieke Franssen, VSBfonds
Rineke Marwitz, De Kunstbeweging
Rinske Hordijk
Stephanie Hermes, Haags Theaterhuis
Wijbrand Schaap, Cultureel Persbureau
Willem Jaap Zwart, Concordia Film | Theater | Beeldende kunst
Wouter van Balveren, Bibliotheek Nijmegen

Allen LinC- Alumni

Over LinC
Het leerprogramma Leiderschap in Cultuur, afgekort LinC, is een leiderschapsprogramma opgezet en uitgevoerd door de Universiteit Utrecht in samenwerking met Kennisland, Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) en Coaching in Cultuur, oorspronkelijk in opdracht van het ministerie van OC&W. Aan de basis van dit programma lag o.a. de constatering van de vakbonden dat het leiderschap in de sector onvoldoende ontwikkeld was. Het landelijke LinC-programma is vier keer uitgevoerd en ondertussen zijn er diverse afgeleide LinC-programma’s ontstaan zoals LinC Utrecht en LinC Lage Landen.