1. Ik ga samenwerken met een galerie. Is een 50/50 verdeling redelijk?

Een 50/50 verdeling betekent dat jij 50% van het geld bij de galerie inlevert als je werk verkoopt. Of dit redelijk is, hangt helemaal af van de invulling van de samenwerking.

Wat levert de galerie voor dit geld? Als de galerie hard voor je loopt, exposities voor je produceert, publiek vindt en werk verkoopt dat anders moeilijk verkocht zou zijn, dan lijkt het een eerlijke verdeling. Maar als de galerie je alleen op papier vertegenwoordigt, of je zelf heel veel werk moet doen bij een expositie en vooral je eigen relaties uitnodigt is het geen fair deal natuurlijk.

Tip: bedenk vooraf zelf goed wat je van de samenwerking verwacht en bespreek dit met de galerie. En zet als je met elkaar in zee gaat de afspraken op papier.

Laat je contract screenen door de specialisten van de Kunstenbond.

2. Moet ik onbetaald meedoen aan een pitch of prijsvraag?

Voor niets gaat de zon op. Meedoen aan een pitch of prijsvraag kan je heel wat opleveren. Maar bedenk ook goed wat je ervoor moet doen (en laten), en hoe groot de kans is dat het wat oplevert. Een prijsvraag is ook een loterij.

Een pitch is vaak een manier om veel goede ideeën op te halen. Kijk goed naar de instelling die de pitch of prijsvraag uitschrijft. Wie doet dat? Met welk doel? En staat er een vergoeding tegenover?

Tip: kijk ook heel goed naar de voorwaarden. Hou je zeggenschap en (intellectueel) eigendom over je eigen ontwerp? Waak voor opdrachtgevers en bureaus die onder de sympathiek klinkende noemer ‘prijsvraag’ eigenlijk vooral gratis en gemakzuchtig jouw creatieve ideeën willen ophalen. Wees dus kritisch en maak een zakelijke afweging voor je besluit mee te doen. Voor wat hoort wat.

Bekijk de BNO-pitchcode en laat, als je twijfelt, onze jurist de voorwaarden voor je bekijken.

3. Ik heb animaties gemaakt voor een grote productie maar ik krijg geen auteursrecht. Hoe zit dat?

Als je een werk maakt dan heb je automatisch auteursrechten. Daar hoef je niets formeels voor te regelen.

Maar… het auteursrecht houden is lastiger. Zeker wanneer je een contract tekent en al helemaal als het om een (animatie)film gaat. De wet gaat er namelijk vanuit dat de auteursrechten van iedereen die heeft meegewerkt aan een film bij de voltooiing van die film overgaan naar de producent.

Om het iets leuker te maken: je hebt wettelijk wél recht op een vergoeding. Ook wanneer je auteursrecht hebt overgedragen of wanneer een deel van je auteursrecht door de wet is ‘afgepakt’ (bijvoorbeeld omdat de wet bepaalt dat iedereen thuis privékopieën mag maken van je werk). Dat kan via de producent zijn, maar het kan ook via een auteursrechtenorganisatie. Bij producties en series is voor (stem)acteurs, muzikanten en regisseurs geregeld dat zij auteursrechten vergoed krijgen.

Helaas is dit voor animatoren (nog) niet het geval. De Kunstenbond maakt zich hard om te regelen dat ook de animatoren hun deel krijgen. Volg hoe we dit aankaarten bij rechtenorganisatie Pictoright.

Laat je contact goed screenen voordat je iets tekent.

4. Iemand anders is aan de haal gegaan met mijn liedje. Kan dit zomaar?

Een vraag die bij de Kunstenbond steeds vaker opduikt. Waar houdt ‘je laten inspireren’ op en waar begint ‘jatten’. De vraag bestaat uit twee delen die op elkaar lijken maar heel verschillend zijn.

Maak onderscheid tussen het auteursrecht (schrijven van een liedje/compositie) en het naburig recht (de specifieke uitvoering door een band of artiest, of een uitvoering van een rol door een acteur).

Bij het maken van een werk binnen het auteursrecht geldt: iemand gebruikt het werk van een ander en heeft daarvoor toestemming nodig van degene die auteursrecht op dat werk heeft, tenzij het fragment zo kort is of zo basaal of zo triviaal is dat het geen bescherming verdient.

Bij gebruik van muziekopnames of films geldt dat je naast het auteursrecht ook rekening moet houden met het naburig recht. In Engeland en Duitsland is hierover geprocedeerd en daar blijkt dat elk gebruik van fragmenten op grond van het naburig recht verboden is en je toestemming nodig hebt.

Twijfel je over er inbreuk is gedaan op jouw auteursrecht? Bel onze juridische specialist op 020-2108052 van maandag t/m vrijdag 13.00 – 17.00 uur.

5. Mag ik geld vragen voor het ophangen van mijn werk in een tentoonstelling?

In de praktijk is het (nog) ongebruikelijk om een vergoeding te vragen voor een tentoonstelling. Het is een hele eer dat je ergens mag hangen en het doet ook veel voor je netwerk en je pr. Maar eigenlijk zou een vergoeding krijgen heel normaal moeten zijn.

Betaald worden voor je werk is voor iedereen normaal, behalve in de kunsten lijkt het soms wel. In 2017 hebben verschillende organisaties en verenigingen, waaronder ook de Kunstenbond, een richtlijn gemaakt voor iedereen die te maken heeft met honoraria voor beeldend kunstenaars.

Als je bij de contractbespreking een handige leidraad nodig hebt, kijk dan naar de checklist kunstenaarshonorarium, en de rekentool kunstenaarshonorarium als hulpmiddel en argument om je prijs te bepalen.

6. Vraag ik voor een privé muziekles evenveel als voor een groepsles?

Een privéles klinkt om te beginnen al veel exclusiever dan een groepsles van 1 persoon. En dat is het ook. Al je aandacht gaat uit naar één persoon. Die exclusieve aandacht mag je natuurlijk tot uitdrukking laten komen in je lestarief, een privéles is meer waard dan een groepsles.

Ook zou je de tijdsduur van je lessen kunnen aanpassen. Tijd is ook geld, wat je verdient wordt bepaald door je uren en je tarief. Variëren dus en presenteer voor je leerlingen een aantrekkelijk aanbod dat voor jou ook gunstig is.

Meer weten?
Doe de tariefchecker.