De culturele en creatieve sector kreeg als eerste te maken met beperkende maatregelen, en heeft die tot het laatste toe moeten hanteren. Keer op keer werden maatregelen pas erg kort voor intrede bekend, terwijl het werk van de getroffen zzp’ers al in de maanden daarvoor verricht was.

De culturele en creatieve sector werd bij coronamaatregelen stelselmatig uitgesloten van versoepelingen, terwijl andere sectoren wel of deels hun werkzaamheden konden voortzetten. Mensenmassa’s kwamen samen in woonboulevards en Primarks. De Staat subsidieerde reisbewegingen met honderden miljarden onvoorwaardelijke steun aan KLM. De culturele en creatieve sector kreeg tijdens de pandemie 105 weken beperkende maatregelen opgelegd. Grote delen van de sector zijn 46 weken geheel of nagenoeg geheel gesloten geweest, met alle gevolgen van dien voor de inkomsten van ondernemers in de sector. Een onderbouwing op basis van verwachte besmettingscijfers bleef uit. Het kabinet gaf cultuur geen prioriteit, maar gaf wel toestemming voor afgeladen tribunes tijdens de Formule 1 in Zandvoort. Om met Hugo de Jonge te spreken: ‘je kunt toch ook thuis een dvd’tje opzetten’.