Eind 2021 sloot de Kunstenbond verschillende cao’s af in de cultuursector, waaronder de Cao Toneel en Dans, de Cao Poppodia en de Cao Nederlandse Podia. Zoals gebruikelijk werden daarin afspraken vastgelegd voor een periode van twee jaar; afspraken die onder andere gingen over een destijds redelijke loonsverhoging, die op dat moment voldeden aan de wensen van werkgevers en werkenden.
Ten tijde van het maken van de afspraken waren er weliswaar tekenen van een oplopende milde inflatie, maar die zou vooral veroorzaakt worden door het feit dat de coronamaatregelen ten einde liepen. Men – o.a. DNB en de ECB – had het over een tijdelijk post-corona-effect. Sindsdien is er een oorlog uitgebroken in Europa waardoor de inflatie niet alleen tot astronomische hoogtes is opgelopen, maar ook structureel lijkt te zijn geworden. We hebben de huidige unieke situatie, waarin de inflatie tot in de dubbele cijfers is gestegen, in ieder geval niet kunnen voorzien: de eind 2021 afgesproken loonstijging van 2,5% per jaar valt in het niet bij een oplopend inflatiecijfer van ruim 14% deze maand. Bijna alle werkenden hebben hiermee te kampen.
Ook – of misschien wel juist – in onze sector komt hierdoor een groot aantal werknemers in ernstige financiële problemen. Wij hebben de werkgevers in de sector dan ook uitgenodigd om te praten over deze onvoorziene acute problematiek, om gezamenlijk te kijken naar mogelijkheden voor compensatie. Het openbreken van reeds gemaakte afspraken is een verregaande stap, maar deze omstandigheden zouden dat wat ons betreft rechtvaardigen.
Werkgevers hebben snel en positief gereageerd op onze uitnodiging. Er volgt dus op korte termijn een eerste overleg over de situatie en de mogelijkheden tot compensatie voor de werkenden. De Kunstenbond doet in ieder geval alles in haar macht om te zorgen dat de mensen in onze sector volgend jaar niet in de kou staan.