Het is dinsdag 17 maart, een dag na ons overleg met de minister over een noodfonds voor de cultuursector. Het gebeurt vaak dat er ‘over de hoofden van makers’ over hun slechte positie in de sector wordt gepraat, in plaats van mét henzelf te praten over hun situatie. Ook nu weer zie je dat dit dreigt te gebeuren. Werk- en opdrachtgevers die vaak met meer middelen en slagkracht dan wij hun positie innemen.

Zij lijken ervan overtuigd dat als we alles bij de instellingen met hun podiumactiviteiten oplossen, het leed geleden is. Maar niets is minder waar. We hebben gezien dat juist bij die instellingen de makers vaak de sluitpost zijn en structureel worden onderbetaald. Maar er zijn zoveel meer makers dan alleen bij instellingen. Autonome kunstenaars, fotografen, animatoren, dramaturgen, schrijvers, film- en tv-regisseurs, musici, docenten, te veel om op te noemen.

En toch is het belangrijk dat we als Kunstenbond en vertegenwoordigers van makers gezamenlijk blijven optrekken met werkgeversorganisaties, in de aanpak om deze crisis te overleven. Ik zie, voel en lees veel berichten waaruit ik opmerk dat allerlei partijen de behoefte hebben om successen naar zich toe te trekken. ‘Ik heb met de minister gepraat, ik ben door het ministerie benaderd, ik ga u informeren over de oplossingen die ik… et cetera. Niet doen! Het helpt ons niet!

Het is ook niet waar. De minister praat natuurlijk met veel mensen en organisaties, maar zij wil o zo graag – op een constructieve manier – samen met een overzichtelijke groep een strijdplan afspreken. Wat dus helpt, is te beseffen dat er maar één manier is om hieruit te komen en dat is samen optrekken. Testosteron en oestrogeen de prullenbak in en samen aan de slag!

Wat gebeurt er nu:

Er komt een noodfonds en er komen noodmaatregelen voor de creatieve en culturele sector. En daarin is het enorm belangrijk dat wij ook vanuit de makers bepalen waar dat uit moet bestaan. Het is fantastisch dat de makers zich steeds beter verenigen! Afgelopen zondag hebben we een lange telefonische meeting gehad met veel van de belangenorganisaties voor makers in de culturele en creatieve industrie, om hierover te praten. We hebben huiswerk meegegeven aan de aanvoerders van de lobby om onze belangen te behartigen. De benarde positie van veel zzp’ers is voor de Kunstenbond een speerpunt (zie ook de speerpunten naast deze blog).

Gisterenmiddag is er een gesprek geweest met de minister en de vertegenwoordigers uit het veld. Zowel vanuit de makers en werk- en opdrachtgeverskant. Namens de makers werden door de minister uitgenodigd: Peter van den Bunder, belangenbehartiger van de Kunstenbond, en Ruud Nederveen namens de Creatieve Coalitie. Dat gesprek is gisterenochtend met deze groep voorbereid.

Er wordt op dit moment gewerkt aan voorwaarden waar het noodfonds uit moet bestaan en welk doel dat fonds heeft. Dit is niet eenvoudig. Natuurlijk begrijpen wij dat de instellingen niet mogen omvallen omdat zij verantwoordelijk zijn voor veel werkgelegenheid in de sector. Maar de richting die door hen wordt bedacht, is voor onze makers, veelal zelfstandigen, te eenzijdig belicht. We moeten het probleem breder bekijken. Een eerste concept van voorwaarden is opgesteld en wordt besproken met de voorbereidingsgroep en het ministerie.  

De set van maatregelen is dus nog niet bekend. Op dit moment buigen zelfs meerdere ministeries hierover. Wij verwachten vandaag of uiterlijk morgen dat de ministers Koolmees (Sociale Zaken) en Van Engelshoven (Cultuur) met een eerste voorstel komen. Dat voorstel zal voor onze sector verder uitgewerkt moeten worden. Van Engelshoven heeft aan onze sector verzocht om een taskforce samen te stellen van maximaal 4 personen. Wij hebben hiervoor Peter van den Bunder (Kunstenbond) en Ruud Nederveen (Creatieve Coalitie) voorgedragen en als adviseur Dorine Schoon van het Platform voor Freelance Musici. De komende tijd moet duidelijk worden wat de taskforce precies gaat doen. Het wordt in ieder geval een toetsorgaan van de minister voor het veld, over de te nemen maatregelen. In een crisissituatie als deze zal vooral “learning by doing” gelden.

Ondertussen is het voor ons van groot belang dat wij onze eigen leden en betrokkenen bij de Kunstenbond meenemen in dit proces. En tegelijkertijd voelen wij ons ook verantwoordelijk voor het contact met de grote achterban in het veld, de belangen- en beroepsorganisaties voor makers in de culturele- en creatieve industrie. We zullen dan ook veelvuldig met hen praten, zodat we kunnen zorgen voor één stem naar buiten.

Anne-Marie Harmsen, directeur Kunstenbond